40.000 vierkante meter. Dat is het oppervlak van de marmeren bekleding aan de buitenkant van de Dom, klokkentoren en Doopkapel in Florence. Het marmer dateert grotendeels uit de 14e en 15e eeuw en vergt continu onderhoud en restauratie. Daarom wordt sinds 2015 twee keer per jaar de staat van het marmer gecontroleerd, aan het begin en aan het eind van de winter.
Men komt van alles tegen in de spouwen van het marmer. Vijgenplantjes, duivennesten en zelfs een keer een valkennest onder de dakpannen van de koepel van Brunelleschi. Toen heeft men een webcam geinstalleerd en kon het leven van de twee valken, voor de gelegenheid Giotto en Monna Tessa gedoopt, direct worden gevolgd, inclusief het uitbroeden van de eieren. Geregeld vindt men stukken marmer die los zijn gaan zitten door het uitzetten van de metalen klemmen waarmee ze bevestigd zijn.
Ook het restaureren en schoonmaken van het marmer gaat onverdroten verder. Onlangs is er in een jaar tijd een stuk van 1.200 vierkante meter marmer aan de noordkant van de Dom gerestaureerd.. Er hadden zich zwarte korsten gevormd, en het oppervlak was geerodeerd door regenwater en bijtende en vervuilende stoffen, zoals duivenpoep. Maar het is nog lang niet voltooid. Sommige stukken zijn in een erbarmelijke staat. Daarbij kan men, tegen de tijd dat het voltooid is, waarschijnlijk weer van vooraf aan beginnen.